24
Dez
2014

kerst 2014

In de kerstnachtdienst gaan we ons voegen rond de vertelling van de geboorte volgens Lukas, het bekende kerstverhaal. Ik heb me voorgenomen om iets te zeggen over tegenstellingen, die tussen machtigen en onmachtigen bv, eigenlijk voert Lucas het nieuwgeboren kind een beetje ten tonele als een anti-koning. Die toch weer koninklijke betekenis krijgt. In de kerstnachtdienst is ook de zanggroep van de partij, ad-hoc en alleen voor deze viering samengesteld.
Kerstmorgen krijgt het vertrouwde kerstevangelie minder aandacht (de kinderen laten er wel iets van zien en horen), maar gaan we ons richten op het begin van het Johannesevangelie. Over licht in de duisternis en Jezus als de "logos", het woord verstaan. Niet zo'n makkelijke tekst. Ook geen verhaal eigenlijk, meer een soort gedicht of lied. Op het eind spreekt Johannes dan toch nog over een geboorte, maar niet die van Jezus...

19
Dez
2014

zondag 4 advent - aankondiging vd geboorte aan Maria

Bij een eerste vluchtige blik op de teksten die er aan de orde zijn ging mijn aandacht richting maagdelijke geboorte. Want ik zag meteen: Lucas 1, dat gaat om de annunciatie, de aankondiging van de geboorte aan Maria. Dat wist ik vrijwel zeker, want ik had vorige zondag - op een andere plek - gepreekt over de tekst die hierop volgt: de ontmoeting van Elisabeth en Maria. Die bij ons dit jaar overigens niet aan de orde komt.
En, dacht ik, 2 Sam 7 - ach, dat gaat vast over Hanna, ook dus over een wonderbaarlijke zwangerschap. In dit geval die van een onvruchtbare, oudere vrouw. Hoe dan ook: zwangerschap als een wonder, en eerst een aangekondigde geboorte.
Maar ik had het mis. Als ik de tekst uit 2 Samuel goed bekijk moet ik die kant niet op. Want die gaat helemaal niet over zwangerschap of wat daarmee te maken heeft. Blijkt.
Het gaat wel over iemand die met een boodschap op pad wordt gestuurd, maar het is een profeet en geen engel. En de boodschap gaat niet over zwangerschap maar over architectuur: David denkt voor God een huis te bouwen (een tempel), maar eigenlijk is het andersom: God bouwt voor David een huis.
Over of God bij mensen thuis is zou het dus kunnen gaan. En dat het geheel van God uitgaat, en niet van (de mens) David. Dat is een ander spoor. Maar vertoont, bij nader inzien, niet ook de lezing uit Lucas deze beweging? Dat verhaal begint toch ook bij God in de hemel, bij de engel. En niet bij Maria, hoewel dat meestal op de plaatjes staat, die er in grote aantallen gemaakt zijn van de annunciatie?
Mij valt ook op dat bij de laatste verzen, 37 en 38, het woord "woord" een rol heeft. "Geen woord dat van God komt, zal krachteloos zijn" zegt de engel. En Maria: "mij geschiedde naar je woord". Ja - in de NBV is dat woord "woord" helaas wegvertaald. Maar het staat er wel... - hoewel, laat ik relativeren: waarom de vertalers van de NBV niet met "woord" vertaald hebben kunt u hier vinden.
En ik lees dat kerkvader Johannes van Damascus (7e eeuw) het oor als het aangewezen lichamelijke orgaan voor de maagdelijke geboorte beschreef...

7
Dez
2014

napraten bij zondag 7 december

Oeps! Ik ben helemaal vergeten iets in mijn weblog te zetten. Vanmorgen, bij het begin van de preek, schoot het door me heen: straalvergeten. Misschien kan ik dat enigszins goedmaken door wat na te praten bij vandaag. In de dienst heb ik bij de uitleg van Johannes 1, 19-28 de nadruk gelegd op het getuige-zijn van Johannes. Ik denk dat dat ook de focus van de schrijver is. Maar ik heb een andere lijn laten liggen die mij ook even beyig heeft gehouden: het is geen toeval dat Johannes bij de rivier staat, de Jordaan. Rivier is overgang, zo was het bij de doop van Jezus, en de rivier doet ieder in Israel ook denken aan de doortocht door de rivier bij de gang naar het beloofde land. De rivier staat dus voor de grens tussen de woestijn en de toekomst. Johannes staat op deze grens, als je zo wilt, naar de toekomst die met Jezus begint. Beloofd land en beloofde messias. En de mensen die Johannes komen opzoeken moeten dus uit hun comfort-zone komen, uit hun huizen naar de rivier, naar de grens, naar waar alles begonnen is. Zo ademt de tekst de sfeer van overgang en begin van iets nieuws. Maar dat heb ik dus laten liggen, misschien iets voor als het weer eens over Johannes de Doper gaat...

27
Nov
2014

zondag 30 november - advent 1 - Mc 13, 24-37 en Jes 64, 1-9

In deze dienst gebeurt er nogal wat: er worden twee kinderen gedoopt, Eva en Femke, en ook wordt Carola van Zanten als kerkelijk werker verbonden aan onze gemeente. Beide passen mooi bij advent: we hebben verwachtingen: dat het teken van de doop een begin van een leven met God mag zijn, en dat de werkzaamheid van Carola onze gemeente goed zal doen. Wat mij aan de teksten opvalt is dat de overgang van voleinding (vorige zondag) naar verwachting (advent) een geleidelijke is, geen omslagpunt: waar het donker is groeit het verlangen naar het komen van God. Je kunt je veel soorten van menselijk wangedrag voorstellen die ons verlangen naar een open hemel op gang brengen, net als Jesaja; er is veel geweld en (verbaal) gewelddadigs in het nieuws rond godsdiensten. Slechte dingen, gewelddadige en polariserende, bepalen het nieuws, wat goed gaat en harmonie uitstraalt is "geen item". Je moet toch wel oppassen, dat het slechte nieuws niet je grondpatroon van levensoriëntatie wordt. Dat is misschien wel de les van de vijgenboom: zo op het eerste gezicht is er geen leven, dor en doods. Maar onder de bast van die boom is er van alles aan de gang dat in de goede richting wijst; alleen dat zie je bijna niet. We worden, denk ik, opgeroepen om goed waar te nemen, op die dingen te letten die niet vanzelf de aandacht trekken, we moeten - het is advent - leren met een blik van verwachting te gaan kijken, groen te zien waar alles nog grijs en kaal is, en zo gaan kijken naar de dingen, naar de mensen...

20
Nov
2014

zondag 23 november - Openbaring 7

In deze dienst denken wij aan de overledenen van het afgelopen - kerkelijk - jaar. Ik focus zondag op de tekst uit Openbaring 7 en laat de lezingen uit Jesaja 60 en de zaligsprekingen uit Matteus 5 meeklinken. * Ik weet nog niet hoeveel gewicht dit moet krijgen, maar het valt me op dat in het visioen de vijfde engel, die de winden tegen moet houden, uit het oosten komt. Het oosten is de richting van de opkomende zon, waar in bijbeltaal het heil vandaan komt. De meeste kerken zijn ook zo geplaatsd dat zij met het altaargedeelte richting oosten wijzen. Licht uit het oosten dus, licht vanuit de eeuwigheid. Daar worden wij bij bepaald. Hoofdstuk 7 uit het boek Openbaring staat ook in het kader van opademen: het is een pauze-hoofdstuk in wat verder een ontlading van ellende is. Mensen die lijden aan de scheuren en breuken van het bestaan wordt zo een hart onder de riem gestoken. De mensen die lijden aan het leven, zij zullen bewaard worden (verzegeld) en zij zullen rein, in witte kleren zijn. Hoeveel mensen, wat voor mensen, zou je kunnen vragen, want er worden getallen genoemd. De legendarische 144.000. Het valt op dat Johannes dit getal HOORT maar dat hij een schare die niemand tellen kan ZIET. Symbooltaal is het allemaal, beeldtaal, niet makkelijk te vatten, en toch hoop ik dat wij, net als de eerste lezers, iets kunnen proeven van het geruststellende licht uit de eeuwigheid.

10
Okt
2014

zondag 12 oktober: Genesis 16

Abram tussen twee vrouwen. Zou zijn echtgenote Sara gevoeld hebben hoe radeloos Abram was met de belofte van nageslacht, die maar bleef gelden en waar toch niets van kwam, en Abram op leeftijd? Merkte ze hoe moeilijk hij het er mee had dat er nog geen kind was? Dacht ze uit medelijden met Abram iets te moeten doen? Tenslotte had Abram van God wel de belofte gehoord dat hij het kind zelf zou verwekken. Hij had niet gehoord over bij wie dat zou gebeuren... We lezen over draagmoederschap. Dat klinkt modern, maar daar moet je voorzichtig mee zijn, want in de oude orient schijnt dit geen al te vreemd gebeuren te zijn. Wat ook in die tijd wel vreemd was (en wat dus niet had gehoeven) is dat Sara Hagar aan Abram tot vrouw geeft. Daar spreekt grote vertrouwdheid tussen die twee vrouwen uit, vertrouwdheid die dus in het vervolg in het tegendeel omslaat. Sara wil dat Hagar uit haar levenskring verdwijnt en weer onzichtbaar wordt. Maar daar werkt de Eeuwige niet aan mee. Hij is bij wie niet gezien is, een engel komt bij haar. Het hele stuk tekst draait rond het woord "zien". God ziet Hagar in haar uitzichtloze situatie. Er staat overigens niet dat God ook Sara en Abram ziet; die twee moeten het allemaal zelf oplossen, blijkbaar... Er is ook door een groepje geschilderd bij dit bijbelverhaal, u zult het zondag zien.
Neem ik de evangelielezing (Mt 22, 1-14) er bij, dan zou ik als trefwoord kunnen formuleren: "De blik van God gaat verder dan je zou denken."

29
Sep
2014

Napraten over Abraham: Genesis 12

Misschien even napraten: Er waren in de voorbespreking van deze tekst bij "oecumenisch bijbellezen" op de voorafgaande maandag, en ook zondag na de dienst bij de koffie nogal wat opmerkingen die in de richting gingen dat het toch wel erg onbegrijpelijk was dat de farao gestraft wordt terwijl hij eigenlijks niets verkeerds heeft gedaan, terwijl Abram, die heel wat te verwijten valt, er alleen maar rijker door wordt? I.p.v. Abram te doden (waar die bang voor was) overlaadt hij hem namelijk met geschenken.
Inderdaad druist deze episode in tegen het rechtvaardigheidsgevoel van de lezer/hoorder. Maar het is ook opvallend dat in de vertelling een aantal "sprongen" zitten. Zo wordt nergens verteld dat Sara ook werkelijk tegen de farao heeft gezegd dat zij de zus van Abram zou zijn, terwijl de gang van het verhaal wel veronderstelt dat dat plaats heeft gevonden. De farao verwijt Abram dat hij Sara zijn zus heeft genoemd, maar hij zegt niet dat Sara die leugen heeft uitgesproken. Waarschijnlijk is dat bewust gedaan door de auteur: hij laat Sara niet meewerken aan de verkeerde gang van zaken in het verhaal en wil benadrukken dat enkel Abram de verantwoordelijkheid treft. De auteur distantieert zich op deze wijze van de handelwijze van Abram.
Om naar het rechtvaardigheidsgevoel terug te keren: het zou dus kunnen dat de auteur wel meer weglaat dat het verhaal sluitender zou hebben gemaakt. Zo bestaat ook de mogelijkheid dat farao heus wel door heeft gehad dat Sara Abrams vrouw was, maar dat de leugen van Abram hem de vrijheid gaf om toch iets met Sara te gaan doen - een mogelijkheid waar hij dan dankbaar gebruik van maakte, zodat hem uiteindelijk toch wel iets te verwijten valt...
Een element in het verhaal waaraan je trouwens mooi kan zien dat het later is opgeschreven dan Abram wordt geacht te hebben geleefd is, dat de domesticatie van de kameel veel later plaatsvond. De farao heeft Abram geen kamelen cadeau gedaan, dat kon toen nog niet, in de tijd van Abram kwamen kamelen alleen in het wild voor...

24
Sep
2014

Genesis 12,10 - 13,1 en Matteus 21, 23-32

We lezen tot de eerste zondag van november in principe uit het boek Genesis, wat de eerste lezing betreft. Verhalen over Abraham en Sara. Ik zal daar de focus op richten, en minder op de evangelielezing over de twee verschillende zonen. Die zijn namelijk eerder aan de orde geweest, maar niet eerder dat wat wonderlijke verhaal waarin Abram (nog geen Abraham!) zijn echtgenote voor zijn zus laat doorgaan, uit angst om zijn eigen leven. Sara is namelijk bloedmooi (hoewel, hoe waarschijnlijk is dat, want Abram is 75 jaar en Sara was 10 jaar jonger; iemand op pensioengerechtigde leeftijd bloedmooi noemen is waarschijnlijk pure ironie - of blinde liefde) en hij is gewoon bang dat men haar van hem afpakt. Als ze zijn vrouw is staat hij in de weg en wordt misschien vermoord. Als ze zijn zus is is ze vrij om te gaan. Mooie aartsvader is dat, die ten koste van Sara zijn eigen leven wil redden! Geen voorbeeld! Het verhaal van Abram, geroepen door God en vertrouwend, komt nog maar net op gang en het lijkt al weer vast te lopen. Want dat Abram naar Egypte gaat is niet omdat hij de stem van God volgt, maar omdat hij honger heeft en in het zogen. beloofde land is er niets te eten. Het vervelende: als je zelf kiest, beland je bij waar de macht is. Honderden vluchtelingen in gammele bootjes op weg naar Lampedusa. Zo begrijpelijk. Abram is een geroepene. Wij zijn geroepenen. Dat is niet altijd de makkelijkste weg. Daarvoor moet je openstaan voor de stem van God en om durven keren op je schreden. Zoals die zoon uit het evangelie die eerst nee zei en daarna toch ging, in zich gekeerd is, en omgekeerd. Het morele compas weer goed gezet. Abram moet ook zijn morele compas goed zetten. Zich door vertrouwen laten leiden en niet door angst en macht...
logo

weblog van JHK

Archiv

Mai 2025
Mo
Di
Mi
Do
Fr
Sa
So
 
 
 
 1 
 2 
 3 
 4 
 5 
 6 
 7 
 8 
 9 
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
 
 
 
 

Links

User Status

Du bist nicht angemeldet.

Suche

 

Status

Online seit 4764 Tagen
Zuletzt aktualisiert: 12. Okt, 22:09

Credits


Profil
Abmelden
Weblog abonnieren