Napraten over Abraham: Genesis 12
Misschien even napraten: Er waren in de voorbespreking van deze tekst bij "oecumenisch bijbellezen" op de voorafgaande maandag, en ook zondag na de dienst bij de koffie nogal wat opmerkingen die in de richting gingen dat het toch wel erg onbegrijpelijk was dat de farao gestraft wordt terwijl hij eigenlijks niets verkeerds heeft gedaan, terwijl Abram, die heel wat te verwijten valt, er alleen maar rijker door wordt? I.p.v. Abram te doden (waar die bang voor was) overlaadt hij hem namelijk met geschenken.
Inderdaad druist deze episode in tegen het rechtvaardigheidsgevoel van de lezer/hoorder. Maar het is ook opvallend dat in de vertelling een aantal "sprongen" zitten. Zo wordt nergens verteld dat Sara ook werkelijk tegen de farao heeft gezegd dat zij de zus van Abram zou zijn, terwijl de gang van het verhaal wel veronderstelt dat dat plaats heeft gevonden. De farao verwijt Abram dat hij Sara zijn zus heeft genoemd, maar hij zegt niet dat Sara die leugen heeft uitgesproken. Waarschijnlijk is dat bewust gedaan door de auteur: hij laat Sara niet meewerken aan de verkeerde gang van zaken in het verhaal en wil benadrukken dat enkel Abram de verantwoordelijkheid treft. De auteur distantieert zich op deze wijze van de handelwijze van Abram.
Om naar het rechtvaardigheidsgevoel terug te keren: het zou dus kunnen dat de auteur wel meer weglaat dat het verhaal sluitender zou hebben gemaakt. Zo bestaat ook de mogelijkheid dat farao heus wel door heeft gehad dat Sara Abrams vrouw was, maar dat de leugen van Abram hem de vrijheid gaf om toch iets met Sara te gaan doen - een mogelijkheid waar hij dan dankbaar gebruik van maakte, zodat hem uiteindelijk toch wel iets te verwijten valt...
Een element in het verhaal waaraan je trouwens mooi kan zien dat het later is opgeschreven dan Abram wordt geacht te hebben geleefd is, dat de domesticatie van de kameel veel later plaatsvond. De farao heeft Abram geen kamelen cadeau gedaan, dat kon toen nog niet, in de tijd van Abram kwamen kamelen alleen in het wild voor...
Inderdaad druist deze episode in tegen het rechtvaardigheidsgevoel van de lezer/hoorder. Maar het is ook opvallend dat in de vertelling een aantal "sprongen" zitten. Zo wordt nergens verteld dat Sara ook werkelijk tegen de farao heeft gezegd dat zij de zus van Abram zou zijn, terwijl de gang van het verhaal wel veronderstelt dat dat plaats heeft gevonden. De farao verwijt Abram dat hij Sara zijn zus heeft genoemd, maar hij zegt niet dat Sara die leugen heeft uitgesproken. Waarschijnlijk is dat bewust gedaan door de auteur: hij laat Sara niet meewerken aan de verkeerde gang van zaken in het verhaal en wil benadrukken dat enkel Abram de verantwoordelijkheid treft. De auteur distantieert zich op deze wijze van de handelwijze van Abram.
Om naar het rechtvaardigheidsgevoel terug te keren: het zou dus kunnen dat de auteur wel meer weglaat dat het verhaal sluitender zou hebben gemaakt. Zo bestaat ook de mogelijkheid dat farao heus wel door heeft gehad dat Sara Abrams vrouw was, maar dat de leugen van Abram hem de vrijheid gaf om toch iets met Sara te gaan doen - een mogelijkheid waar hij dan dankbaar gebruik van maakte, zodat hem uiteindelijk toch wel iets te verwijten valt...
Een element in het verhaal waaraan je trouwens mooi kan zien dat het later is opgeschreven dan Abram wordt geacht te hebben geleefd is, dat de domesticatie van de kameel veel later plaatsvond. De farao heeft Abram geen kamelen cadeau gedaan, dat kon toen nog niet, in de tijd van Abram kwamen kamelen alleen in het wild voor...
jhkylling - 29. Sep, 15:13