zondag 23 augustus - brood voor allen nummer twee: Markus 8, 1-21
Dat is nu wel raar: de laatste zondag voordat mijn vakantie begon, ging het over een wonderbaarlijke spijziging, en nu, de eerste zondag na mijn vakantie, gaat het alweer over een wonderbaarlijke spijziging. Terwijl we gewoon het leesrooster volgen en doorlopend in Markus lezen. Alsof ik er niet genoeg van kan krijgen! Maar het is dus niet mijn keus, maar de opzet van Markus. Hij plaatst twee wonderbaarlijke broodvermenigvuldigingen kort na elkaar in zijn evangelie. En omdat een evangelie oorspronkelijk niet geschreven is om daar zondag aan zondag een stukje uit te lezen en daarbij stil te staan, is het ook zijn bedoeling dat je het eerste nog in gedachten hebt als je het tweede leest. Het verschil zit hem in de getallensymboliek: de eerste vertelling werkt met getallen die op joodse doelgroepen wijzen, de tweede vertelling heeft een universele focus. Ik leg zet zondag wel uit. Markus wil zeggen: Jezus is niet alleen voor het volk van God het brood des levens, maar voor alle mensen. Jezus is verwijtend naar zijn leerlingen toe, als ze in de boot later laten blijken dat het inzicht dat Jezus het brood des levens voor hen is, nog steeds niet is doorgedrongen. Maar ik heb ook een beeld voor ogen dat ik nog niet goed rijmen kan met "genoeg voor allen": gammele bootjes met vluchtelingen op de Middellandse Zee, die verlangen naar een klein deel van de welvaart ergens in het rijke Europa. Zeggen we dan ook: er is genoeg voor allen? Of is de neiging eerder, net als de leerlingen van Jezus te zeggen: kan nooit, veel te weinig...?
jhkylling - 21. Aug, 18:07